Alle downloads
Aantal downloads: 544
Bestanden:

Hebreeën 3:7-4:13
In de gemeenschap van Joden die de schrijver aanschreef waren er mogelijk mensen die afhaakten te geloven in Jezus Christus ondanks het apostolisch getuigenis. Ook waren er die het evangelie wel gehoord hadden maar er niet in geloofden. Zij deden hetzelfde als de generatie die tijdens de exodus uit Egypte verlost waren; zij hechten geen geloof aan Gods Woord. Aan de hand van de geschiedenis in Exodus en Numeri waarschuwt de schrijver hen dat zij dreigen achter te blijven (in de woestijn) en niet in te gaan in de beloofde rust.
Ook voor ons geldt dat we de boot kunnen missen als we in ongeloof reageren op wat God gesproken heeft. Daarom zouden we elkaar aanmoedigen, vertroosten en aansporen om ons toe te wijden aan onze hemelse Heer.

Zijn wij in de duisternis of in het licht en heeft dat voor ons consequenties?

Het thema van dit hoofdstuk is blijdschap. Elk vers heeft daarmee te maken. En die blijdschap doet ons vaststaan in de Heer.

Een preek over de verdrukkingen

In Hebreeën 4:14-6:3 vinden we de inleiding tot een van de hoofdthema's van de brief: het hogepriesterschap van Christus. In dit gedeelte zal de schrijver ons laten zien dat we een hogepriester nodig hebben als volk in de woestijn. Vervolgens laat Hij enkele overeenkomsten en contrasten zien tussen Christus en Aaron. Daarna toont Hij ons dat Christus door de Vader "eigenhandig" is aangewezen en begroet als hogepriester naar de orde van Melchizedek. Hij zou nu direct door willen gaan naar de essentie van dat hogepriesterschap maar zal eerst stil staan bij de geestelijke stilstand van zijn publiek. Er was een gevaarlijke dieptepunt in hun geestelijk leven waar hij hen graag snel uit wilde krijgen alvorens door te gaan naar de inhoud van dat priesterschap.