Zoek je de eer van mensen of de eer van God in je leven?
In het Johannes-evangelie wordt de Heere Jezus voorgesteld als de Zoon van God.
Hij is in die zin eenzaam en alleen. Hij wordt niet begrepen door de mensen, ook niet door Zijn broers! De Heere Jezus heeft tijdens Zijn leven niet meegemaakt dat Zijn broers tot geloof kwamen. Het geloof blijft altijd een persoonlijke keus. Zelfs in het huisgezin van Maria, geloofden Zijn broers niet. Dat is wel een moeilijke weg voor de Heere Jezus, maar ook voor u als u dit meemaakt.
De Heere Jezus gaat in het verborgen naar het Loofhuttenfeest. Wat is dit voor een feest en wat zegt Hij tot de Joden en het volk?
Het gaat er bij de Heere niet om hoeveel mensen er zijn, het gaat er om dat Ik bij jullie ben. Als Ik er ben, is het voldoende!
Als we Hem volgen, zullen we het Licht van het leven hebben en niet in de duisternis wandelen. Je kan Zijn Licht vergelijken met de vuurkolom uit het O.T. Als je in het Licht bent, heb je de behoefte om dingen te reinigen.
In Joh.8 heeft de Heere veel gesproken, maar in Joh.9 ligt het accent op Zijn daden: de blindgeborene wordt genezen. Jezus had gezegd dat Hij het Licht van de wereld was. Hoe kan het dat men dat niet zag? De ogen moesten geopend worden, net als de blindgeborene. Deze leiders van Israël openbaarden zich als valse leiders, vandaar dat Joh. 10 vervolgt dat de Heere de goede Herder is.
Hoofdstuk 10 gaat over de goede Herder die Zijn leven aflegt voor de schapen. Het grote verschil met alle andere godsdiensten is dat alleen de Heere bereid was Zijn leven te geven voor de schapen. Er is ook geen andere weg: er is maar één deur!
De Heere zegt in vers 25: 'Ik ben de opstanding.' Wat betekent dit?
Waaruit blijkt je leven als christen?
Dit is aanbidding en het verlangen om de Heere Jezus te zien. In het Johannes evangelie is de Samaritaanse vrouw een positief voorbeeld van iemand die de Heere aanbidt. In hoofdstuk 12 zie je een 'verkeerd' voorbeeld bij de intocht in Jeruzalem.
Met de voetwassing laat de Heere zien dat we Gods woord elke dag nodig hebben. Judas blijkt echter geheel onrein te zijn. Nadat de Heere hem wegstuurt, kan Hij meer persoonlijke dingen delen met de discipelen.
In hoofdstuk 14 worden persoonlijke dingen door de Heere Jezus verteld aan de kleine groep discipelen die de Zijnen zijn. Alleen de Zijnen begrijpen wat Hij bedoelt en de Heere kan hun tonen hoe Zijn liefde voor hen is.